GEVELBEELD – De 3 grote banners aan de gevel en het reclamebord op de hoek van de gevel vallen meteen op in het straatbeeld wat de aandacht van voorbijgangers trekt en waardoor de retailer zich onderscheidt van de massa (Bellizzi, Crowley, & Hasty, 1983). La Bottega communiceert met deze visuals waar ze voor staan en deze eerste indruk zorgt ervoor dat de potentiële klant zich een beeld over de winkel vormt (Singh, Katiyar, & Verma, 2014). Er is gekozen voor zwarte banners met een logo in verschillende fellere kleuren. De zwarte achtergrond straalt luxe, status en elegantie uit (Fraser & Banks, 2004). De verschillende felle kleuren in het logo en het aparte lettertype maakt het beeld anders dan anders; de visuals onderscheiden zich en trekken op een positieve manier de aandacht (Bellizzi, Crowley, & Hasty, 1983).
ETALAGE – De etalage is een krachtig instrument binnen de marketingcommunicatie (Spies, Hesse, & Loesch, 1997). De (potentiële ) klant krijgt via de etalage informatie over de winkel. Wanneer er een overeenkomst ontstaat tussen het etalagebeeld (o.a. door presentatie van aanbod, door inspirerende settings,…) en het zelfbeeld van de klant zal dit leiden tot het willen ontdekken van het aanbod in de winkel (Sen, Block, & Chandran, 2002).
GROENELEMENTEN – In de bistro zijn (namaak) hangplanten aanwezig en ook bij de handtassen zijn er hangplanten terug te vinden. In de winkel wordt subtiel aandacht gegeven aan groen, geplaatst in potten en vazen tussen de winkelrekken. Op niveau 1 heb je een mooi uitzicht op een kleurrijk verzorgd groendak. Er worden ook groenelementen gebruikt in de etalage in de vorm van posters met landschappen en kleine planten; groen brengt rust naar de klant (Brengman, Willems, & Joye, 2012) en zorgt voor een aangenaam gevoel.
EYECATCHERS – eyecatchers en leuke details (bv. de tekening van Floris van Bommel) trekken de aandacht (Chan & Chan, 2007) en prikkelen de verwondering en nieuwsgierigheid van de klant (Pecoraro & Uusitalo, 2014). Het kunstwerk gemaakt uit oude schoenleesten verwijst naar de historiek van La Bottega en oogt niet alleen speciaal en mooi maar vertelt ook nog het verhaal van de retailer. Het zijn deze details die een meerwaarde geven aan het concept (Verhoef, Lemon, Parsuraman, Roggeveen, Tsiros, & Schlesinger, 2009).
MEUBELS – Over de hele winkel staan presentatiemeubels om producten in de kijker te zetten of duidelijk te etaleren (Davis, 2013). Deze meubels werden speciaal ontworpen in kunststof die het uitzicht heeft van beton om de strakke 'feel' te benadrukken. Beton wordt geassocieerd met de industrie en moderne architectuur (Wastiels, Schifferstein, Heylighen, & Wouters, 2012), wat past binnen het totaalbeeld van het pand. De handtassen worden gepresenteerd op een moduleerbare wand die op een zeer creatieve manier vorm werd gegeven en zo voor speelsheid zorgt (Kent, 2007).
ALGEMENE SFEER – Er wordt met het concept een verhaal verteld om de klant sterker te betrekken bij het merk La Bottega (Foster & McLelland, 2015). Deze retailer zorgt voor afwisseling in de winkelinrichting en denkt steeds na over vernieuwen en dit is merkbaar in de algemene sfeer. La Bottega wil onderscheidend werken en verrassen en trekt hierdoor ook klanten aan die zich willen onderscheiden (Kaltcheva, Patino, & Chébat, 2011). De visual merchandising is doordacht en thema’s worden doorgetrokken in details; de mooie presentatie in de inkom zorgt voor een aangename sfeer (Chan & Chan, 2007) en trekt mensen naar binnen. Een rijkelijk aangeklede ruimte zorgt voor een warm gevoel bij de klant en draagt bij tot een positieve, open en aantrekkelijke sfeer (Briand & Pras, 2010).
VERLICHTING – De verlichting valt meteen op bij het binnenkomen en creëert gezelligheid. Een goed gekozen verlichting helpt om een bepaald imago uit te stralen en kan de identiteit van de retailer versterken (Quartier, Vanrie, & Van Cleempoel, 2014). Door met accentverlichting (bv. spots en de speciale luchters) te werken, wordt een bepaalde dynamiek in de ruimtes gebracht die ervoor zorgt dat klanten de ruimtes maar ook de producten positief benaderen en als kwaliteitsvol evalueren (Schielke & Leudesdorff, 2014).
KLEUR & MATERIALEN – La Bottega werkt voornamelijk met industriële materialen en kleuren. Vooral de betonlook (grijze polyester), bakstenen en wit bepleisterde muren komen doorheen de winkel terug en accentueren het strakke (Fenko, Schifferstein, & Hekkert, 2010; Wastiels, Schifferstein, Heylighen, & Wouters, 2012). Daarnaast wordt er gewerkt met donkergrijs (metaal effect) en goud voor een luxueuzere uitstraling.
TASTZIN – Alle producten kunnen gepast en/of aangeraakt worden wat drempelverlagend werkt en zo een positief gevoel overbrengt op de klanten. Omdat het gaat om luxeproducten is het belangrijk dat klanten ze kunnen aanraken en passen: het geeft vertrouwen en overtuigt de klant van de kwaliteit van de producten (Jansson-Boyd, 2011; Grohmann, Spangenberg, & Sprott, 2007; Lund, 2015; Peck & Childers, 2003). De temperatuur in de winkel wordt bijgesteld door een airconditioningssysteem om voor optimaal comfort te zorgen. De gevoelstemperatuur in de winkel is aangenaam, wat belangrijk is voor een goede winkelbeleving (Huang, Zhang, Hui, & Wyer, 2014).
GEUR – Er wordt op verschillende afdelingen in de winkel een aangepaste geur verspreid, i.e. er werd gekozen voor aangename geuren die passen bij het gepresenteerde aanbod in de afdelingen. Wanneer er een overeenkomst is tussen product en geur zal de klant positiever staan tegenover de aangeboden producten en zelfs tegenover de winkel in het algemeen (Bosmans, 2006; Doucé , Poels, Janssens, & De Backer, 2013). Ook wanneer volgens de klant de geuren passen bij de look en feel van de winkel zal hij een positief gevoel overhouden aan de winkel en sneller geneigd zijn om terug te komen (Krishna, Elder, & Caldara, 2010).
MUZIEK – Op het gelijkvloers speelt overal dezelfde muziek, in het fashiondeel boven wordt aangepaste muziek voorzien: wanneer de muziek past bij hetgeen worden aangeboden, zorgt dit voor een positievere houding van de klant (Beverland, Lim, Morrison, & Terziovski, 2006; Garlin & Owen, 2006).
COMFORT – Mensen kunnen rustig passen en blijven hangen in de afdelingen, er zijn voldoende zetels en pasruimtes voorzien (Ballantine, Jack, & Parsons, 2010). In de pasruimtes op het gelijkvloers werd gekozen voor zachte gordijnen voor een aangenaam gevoel en een gouden kleur om een rijkelijk gevoel te creëren (Karana, Hekkert, Kandachar, 2008).
INTERACTIE – Er wordt actief connectie gezocht en gemaakt met de klant (mogelijkheid om te eten in de bistro, er wordt make-up advies aan het beauty eiland gegeven en op zaterdag wordt de klant getrakteerd op live pianomuziek) en op regelmatige basis worden extra’s georganiseerd: make overs, privé fittings, en modeworkshops. Deze manier van interactie zorgt voor een sterke klantenbinding (Gentile, Spiller, & Noci, 2007).
MIXED-USE – Naast schoenen, kledij, en trendy gadgets kopen, kunnen klanten iets eten en drinken in de bistro. Deze ruimte wordt ook gebruikt voor events of lezingen, voor boeklanceringen en voorstellingen van nieuwe merken. De winkel wordt op verschillende manieren ingezet en wordt zo een fijne plek waar mensen elkaar kunnen ontmoeten (Grant & Perrott, 2011).
CROSSCHANNEL – La Bottega zet ook in op sociale media en heeft een webshop: online en offline bestaan naast elkaar om de klant tegemoet te komen in zijn noden en verwachtingen (Blazquez, 2014). Gevoel en verhaal worden ook online doorgetrokken tot een geheel zodat de klant ondergedompeld wordt (Verhoef, Leon, Parasurama, Roggeveen, Tsirios, & Schlesinger, 2009) in de wereld van La Bottega.