Dit onderzoek rond materiaalpercepties van binnenmuren toont aan dat kleur een grotere impact heeft op de visuele perceptie van warmte van materialen dan ruwheid en structuur. Concreet betekent dit dat een ruimte met gladde muren kouder eruit ziet dan eenzelfde ruimte waarvan de muren een bepaalde structuur hebben. Daarbij komt dat materialen met een glad oppervlak in een koele kleur zullen gezien worden als kouder dan materialen met een glad oppervlak in een warme kleur: de ruwheid en structuur van een materiaal hebben invloed op hoe warm of koud een materiaal gezien wordt, ongeacht welke kleur het materiaal heeft.
Qua kleurperceptie geeft dit onderzoek ook aan dat kleuren, variërend tussen geel en rood, leiden tot ‘warmere’ percepties dan koelere kleuren (variërend tussen blauw en geel-groen). Donkere en meer chromatische kleuren worden eerder gezien als warme kleuren. Achromatische kleuren (wanneer je complementaire kleuren samenvoegt, krijg je een achromatische kleur zoals wit, grijs of zwart) worden eerder als koel gepercipieerd.
In de praktijk is het echter niet altijd wenselijk of mogelijk om de kleur van een materiaal aan te passen. Wanneer een designer de warmteperceptie van een betonnen muur wil veranderen zonder hierbij kleurpigmenten toe te voegen of zonder het oppervlak te verven, kan hij structuur op de muur aanbrengen door verschillende afwerkingstechnieken te gebruiken.
Wastiels, L., Schifferstein, H. N. J., Heylighen, A., & Wouters, I. (2012). Relating material experience to technical parameters: A case study on visual and tactile warmth perception of indoor wall materials. Building and Environment, 49(3), 359-367.